Mentale druk onder jongvolwassenen vraagt om aanpak op maatschappelijk niveau
Niet alleen jongvolwassenen zelf, ook beleidsmakers, werkgevers en onderwijsinstellingen, hebben een rol om knelpunten door mentale druk onder jongvolwassenen te voorkomen. De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) pleit daarom voor een maatschappelijke aanpak, door onder andere meer aandacht voor persoonsvorming en ‘arbeidsmarktkunde’ in het onderwijs en betere begeleiding bij het maken van studie- en beroepskeuzes.
Ook op de arbeidsmarkt vraagt dit meer aandacht voor “leren werken” op de werkvloer. Daarnaast roept de RVS deze partijen, maar ook de overheid, op om de prestaties van jongeren minder eenzijdig te beoordelen. Dat kan bijvoorbeeld door andere manieren van toetsing op school en meer waardering voor praktisch vakmanschap op de werkvloer. Dit schrijft de Raad in het essay ‘Over bezorgd. Maatschappelijke verwachtingen en mentale druk onder jongvolwassenen' dat vandaag is gepubliceerd.
Raadslid Liesbeth Noordegraaf-Eelens: “In de media gaat het nu vaak over wat jongvolwassenen zelf kunnen doen, aan mindfulness of het inschakelen van een psycholoog. Met dit essay laten we zien dat achter de individuele ervaringen van mentale druk ook een maatschappelijke mismatch schuilgaat. De situaties van jongvolwassenen verschillen enorm. Het is bij uitstek een fase van ontwikkeling en vrijheid. Toch wordt hun functioneren al van jongs af aan afgemeten aan eenzijdige maatstaven. Dat gebeurt op school, op de arbeidsmarkt, maar ook in het sociale leven. Sommige jongvolwassenen lukt het goed aan die normen te voldoen, maar voor anderen passen ze niet of zijn ze zelfs onbereikbaar. Er valt nu echter lastig aan te ontkomen. Dat maakt dat er desalniettemin koste wat kost aan wordt geprobeerd te voldoen. En dat lijkt voor velen te gaan knellen.”
Met het essay kijkt de RVS daarom kritisch naar hoe onderwijs en arbeidsmarkt zijn georganiseerd. Daarbij schetst het essay handelingsperspectieven om structureel tot meer ruimte en waardering te komen voor pluriforme manieren van functioneren. Ten eerste door knellende maatstaven ter discussie te stellen. Ten tweede door te faciliteren dat kinderen en jongeren de vaardigheden aanleren om zich bewust te verhouden tot externe verwachtingen, eigen keuzes te maken en grenzen te stellen. En ten derde door maatstaven te gebruiken die beter in staat zijn verschillen te waarderen.
De Raad waarschuwt er overigens voor het probleem van mentale druk onder jongvolwassenen niet te groot te maken. Gevoelens van onzekerheid horen tot op zekere hoogte bij de jongvolwassenheid. Ze lijken lang niet voor iedereen problematisch, zo laat het essay zien. Door de discussie naar een maatschappelijk niveau te tillen beoogt de Raad individuele knelpunten voor te zijn en jongvolwassenen te helpen om te gaan met deze fase in hun leven.